Wat is infraroodverwarming nu eigenlijk?
Infrarode warmte kennen wij allen van de stralen van de zon die ons verwarmen of van de aangename warmte van een rode lamp bij bijvoorbeeld spierpijn. Subtiel komen we veel vaker in aanraking met de infrarode uitwisseling van warmte, bijvoorbeeld in onze woningen. Staan we in de winter dichtbij het koude raam, dan voelen we de kou stralen van het raam. Zo denken wij, maar koude lucht kan niet stralen.
Energie wisselt zich altijd uit van warm naar koud en dus rooft het koudere raam warmte van ons af. Wanneer wij warmte verliezen ervaren wij dat als kou. Ook koudere muren, vloeren en meubels snoepen via infrarood warmte af van een warmer object. Zo zijn er dus veel invloeden in verblijfsruimten die onze thermische behaaglijkheid bepalen.
Warmte zonder medium en energieverlies
In tegenstelling tot convectie (luchtverwarming), tegenwoordig de meeste gebruikte vorm van verwarmen, is er voor infraroodverwarming geen medium nodig. De uitwisseling vindt plaats door middel van elektromagnetische golven (straling). Infraroodverwarming verwarmt dus geen lucht, maar personen en objecten, die zich in de straling van een infraroodpaneel bevinden. Wanneer wij dus in de bundel van een infrarode warmtebron zitten, ervaren wij heerlijk aangename warmte. De elektromagnetische golven zetten zich pas om in warmte wanneer het ons als mens raakt. Iedereen heeft weleens de ervaring gehad in een koude ruimte met openhaard. Ondanks de lage temperatuur van de ruimte, ervaar je voor de open haard toch een hoge mate van comfort. Tussen de warme bron en ons als mens gaat geen energie verloren en dus is infraroodverwarming zeer efficiënt